In het kader van de integriteitsdiscussie die op het moment woedt is de training Morele Oordeelsvorming die ik in het kader van een organisatie-ontwikkelings opdracht bij een gemeente mocht introduceren een heel interessante.

Soms lijkt de Nederlandse opinie te vragen om alles in wet-en regelgeving vast te leggen. Niemand wil een paarse-krokodil-scenario, maar dat ontstaat op die manier natuurlijk wel . Iedereen die bij de overheid werkt weet ook uit eigen ervaring dat niet al zijn/haar werk kan worden vastgelegd in regels. Soms blijkt zelfs dat rechten en belangen van burgers worden geschaad wanneer alleen de wetten en regels worden gevolgd.  Dat pleit voor moreel oordelen, een vorm van oordelen waarbij  de rechten, belangen en wensen van alle betrokkenen worden gewogen.

Binnen morele oordeelsvorming worden verschillende soorten argumenten onderscheiden:

Gevolgen-ethische argumenten: bij het volgen van redeneringen op basis van deze argumenten wordt gekozen voor een beslissing die het grootste voordeel oplevert voor het grootste aantal mensen. Dit zijn vaak argumenten die te maken hebben met belangen en wensen: wat wil ik graag?

Beginsel-ethische argumenten gaan over de rechten van personen of instellingen: wat is wettelijk verplicht? Beginsel-ethische argumenten wegen in principe zwaarder dan gevolgen-ethische argumenten (dus doen wat verplicht is telt in principe zwaarder dan doen wat ik zelf graag wil).

Maar soms zal in de praktijk blijken dat gevolgen zo zwaar zijn dat een beginsel moet worden opgeschort. Dit zijn de momenten waarop morele oordeelsvorming echt interessant en relevant is, het daagt namelijk uit tot zorgvuldigheid waarin de rechten, belangen en wensen van alle betrokkenen worden gewogen.

Een van de prachtige bewustwordingen uit het bij de training behorend boek was voor mij het definiëren van het doel van een overheidsorganisatie:  uitvoeren van beleid en regelgeving, gebaseerd op gerechtigheid. Waar effectiviteit in het bedrijfsleven gerelateerd wordt aan het maken van winst is effectiviteit voor een ambtenaar uit te drukken als het realiseren van gerechtigheid.En het mag best eng zijn dat ambtenaren zelfstandig moreel oordelen. Laten we er dus met zijn allen voor zorgen dat ambtenaren leren om alle belangen van alle betrokkenen op een goede manier te wegen.

meer lezen: Morele Oordeelsvorming en de integre organisatie; Jos Delnoij, Frans Geraedts en Jan Laurier